Windkracht windsnelheid berekenen

De windsnelheid wordt meestal uitgedrukt in meter per seconde, knopen of kilometer per uur. De Schaal van Beaufort (bft) wordt gebruikt om de snelheid van de wind aan te duiden. Deze schaal werd in 1805 ontwikkeld door de Britse marineofficier Francis Beaufort. Hij creëerde een schaal van 0-12 om de sterkte van wind te beschrijven op basis van waarneembare visuele effecten op land en op zee. Hoe hard waait het?

(bft) Beaufort

(km/h) Kilometer per uur

(kts) Knopen

(m/s) Meter per seconde

(mph) Mijl per uur

 

 (bft) (km/h) (kts) (m/s) (mph) omschrijving:
           
 0 1 1 0.1 1 windstil
 1 1 - 5 1 - 3 0.3 - 1.5 0.7 - 3.5 zwak
 2 6 - 11 4 - 6 1.6 - 3.3 3.6 - 7.5 zwak
 3 12 - 19 7 - 10 3.4 - 5.4 7.6 - 12.2 matig
 4 20 - 28 11 - 15 5.5 - 7.9 12.3 - 17.8 matig
 5 29 - 38 16 - 21 8.0 - 10.7 17.9 - 24.0 vrij krachtig
 6 39 - 49 22 - 27 10.8 - 13.8 24.1 - 31.0 krachtig
 7 50 - 61 28 - 33 13.9 - 17.1 31.1 - 38.3 hard
 8 62 - 74 34 - 40 17.2 - 20.7 38.4 - 46.4 stormachtig
 9 75 - 88 41 - 47 20.8 - 24.4 46.5 - 54.7 storm
 10 89 - 102 48 - 55 24.5 - 28.4 54.8 - 63.6 storm
 11 103 - 117 56 - 63 28.5 - 32.6 63.7 - 73.0 zeer zware storm
 12 >118 >64 >32.7 >74 orkaan
           
 (bft) Omschrijvingen zoals die op 'land' geldig zijn.
           
 0 Rook stijgt recht of bijna recht omhoog.
 1 Windrichting goed af te leiden uit rookpluimen.
 2 Wind voelbaar in gezicht, weerhanen tonen nu juiste richting, blad ritselt.
 3 Opwaaiend stof, vlaggen wapperen, spinnen lopen niet meer.
 4 Papier waait op, haar raakt verward, geen last van muggen meer.
 5 Bladeren van bomen ruisen, gekuifde golven op meren en kanalen, vuilnisbakken waaien om.
 6 Problemen met paraplu's, hoeden waaien af.
 7 Het is lastig tegen de wind in te lopen of te fietsen.
 8 Twijgen breken van bomen, voortbewegen zeer moeilijk.
 9 Schoorsteenkappen en dakpannen waaien weg, kinderen waaien om, takken breken af, alleen zwaluwen en eenden vliegen nog.
 10 Grote schade aan gebouwen, volwassenen waaien om, bomen raken ontworteld, vogels blijven aan de grond.
 11 Grote schade aan bossen.
 12 Verwoestingen.
           
 (bft) Omschrijvingen zoals die op 'zee' geldig zijn.
           
 0 Spiegelglad.
 1 Kleine golfjes, geschubd oppervlak.
 2 Kleine, korte golven.
 3 Kleine golven, breken, schuimkopjes.
 4 Golven iets langer, veel schuimkoppen.
 5 Matige golven, aanschietende zee (overal schuimkoppen, af en toe opwaaiend schuim).
 6 Grotere golven, schuimplekken, vrij veel opwaaiend schuim.
 7 Golven worden hoger, beginnende schuimstrepen.
 8 Matig hoge golven, schuimstrepen.
 9 Hoge golven, rollers, zicht wordt slechter door schuimvlagen.
 10 Zeer hoge golven, zee wordt wit van het schuim, overslaande rollers, verminderd zicht.
 11 Extreem hoge golven, zee geheel bedekt met schuim, sterk verminderd zicht.
 12 Lucht is vol met verwaaid water en schuim, zee volkomen wit, vrijwel geen zicht meer.

Rekenmachine

Privacy/Disclaimer